estheroverleeft.nl
Menu
Esther Overleeft
Vandaag precies een jaar geleden bevond ik mij ergens tussen hoop en vrees. Mijn vorige column ging daarover en lees ik nu anders. Hoe mooi het ook was.
Toen ik dat schreef waren er, zo leek het, geen donkere wolken aan de horizon. De neuroloog noemde het herstel van onze zoon eindelijk een wonder. Die woorden had hij nog niet eerder gebruikt. Ik kon de beste man wel knuffelen. Als ik nog vuurwerk in mijn schuurtje had liggen, dan had ik dat zeker afgestoken, zo blij was ik. Nu is er helaas wel een donkere wolk. Er bestaat een kans dat hij aan een oog slechter ziet. Dat kan nu nog niet worden vastgesteld. Heel even durfde ik weer te geloven dat onze zoon helemaal gezond zou worden. Daar kan ik mij nu niet meer aan vasthouden. Die vanzelfsprekende ontwikkeling is mij afgenomen, en komt niet meer terug. Dat is soms moeilijk te behappen. De toekomst zal het moeten uitwijzen. En dat geeft verdriet. Ik heb geen zin om dat te verbergen of te doen dat ik ieder moment dankbaar ben. Soms lukt dat even niet. Verdriet hoort erbij in het leven. Zo rouw ik om het feit wat een jaar geleden allemaal is gebeurd, maar ben ik toch ook intens dankbaar dat onze zoon loopt en dat we weer op vakantie durven en willen. Wat een wonder! Een proces dat nu, een jaar later, extra naar boven komt. Dat is eigenlijk nooit klaar. Ik draag het altijd met mij mee. Dankbaarheid en rouwen kunnen blijkbaar heel goed naast elkaar bestaan. De vele donkere wolken die er een jaar geleden waren, zijn ingeruild voor zonlicht. En wellicht blijft er een donkere wolk hangen. Dan heb ik voor altijd een extra zintuig ontwikkeld dat mij helpt te overleven als er slecht nieuws komt. Ik kan proberen controle te willen, maar die heb ik niet. Leven in het hier en nu geeft mij, vaak genoeg, een bijzonder en dankbaar gevoel voor het vele zonlicht in mijn leven. Het had zoveel minder kunnen zijn. Als een leeuwin zal ik mijn zoon beschermen en alles eraan doen dat hij de wereld leuk en avontuurlijk gaat vinden. En vooral dat we mogen genieten van het leven van vandaag. Groetjes uit metropool Lutjewinkel!
0 Comments
De laatste foto’s plak ik in. Zijn eerste babyboek is vol. Mij valt op dat ik geen honderden foto’s per maand meer maak. Alles is minder heftig. Rustiger, en dat is geweldig.
Straks is het een jaar geleden dat onze zoon erg ziek was. lk bewaar zijn kleertjes die hij in het ziekenhuis aan had en ruik er wel eens aan. Ik ruik dan bijna de vrees weer die ik toen voelde. Nooit wil ik daar meer heen. Het normale leven heeft mij weer in zijn greep. Zo mag ik mij druk maken over het gebrek aan tijd. De tropenjaren nemen mij af en toe over. Ik dacht na de bevalling ‘ik heb mij nog nooit zo moe gevoeld’, maar twijfel daar nu weer over. Als werkende moeder in het onderwijs met een dreumes, komt dat aardig in de buurt. Nu ik terugkijk op het afgelopen jaar, ben ik verbaasd hoe snel dat kan gaan. Hoe het leven ongelofelijk onvoorspelbaar is, hoe snel het slecht kan gaan in je leven. Dat verplicht je te kijken naar de zaken die er werkelijk toe doen. Een spiegel. Maar ook verbazing over hoe het nu gaat. Die omslag is in mijn hoofd nog steeds niet altijd te volgen. Ik had mijzelf beloofd om dingen anders aan te pakken en geen verlangens uit te stellen tot later. Dat gaat behoorlijk goed. Mijn normale leven voelt geweldig, ook al tikken mijn wallen soms tot mijn enkels aan. Langzaam durf ik weer te dromen en betrap ik mijzelf bijvoorbeeld erop dat ik een lijstje aan het maken ben met mooie plekken waar ik met ons drietjes nog heen zou willen. Deze zomer vinken we de eerste plek af: Lutjewinkel. Deze metropool stond - uiteraard - met stip bovenaan ;). Laatst zag ik een ouder met een kind met een lichamelijke beperking. Dan kan ik uit het niets heel emotioneel worden. Dat had ik kunnen zijn. Tranen lopen dan over mijn wangen. Want ik ben het niet. Het leven had een ander plan met onze zoon. En dat is het allermooiste cadeau die ik ontvangen heb. Snel, sneller, snelst. Iedereen lijkt last te hebben van onrust. Zoals velen heb ik ook een YOLO-bucket-millennial-lijst. We lijken meer dan ooit bang om niet alles uit het leven te halen. Want, ja wat dan eigenlijk?
Omdat we zoveel meer prikkels binnen krijgen dan jaren geleden, lijkt het alsof alles mogelijk is. Toch willen we eigenlijk allemaal hetzelfde. Daarbij lijkt rust een luxe geworden. De ene persoon zoekt het in eenTiny house, de ander gaat op wereldreis in een camper en weer een ander zegt zijn baan op om voor zichzelf te beginnen. Niks mis mee. Als je daarmee vriendelijker naar de buitenwereld wordt, zeker doen zelfs. Want de onrust kan vriendelijkheid flink in de weg zitten. Ik vind echte rust in de natuur. Laatst had ik zo’n ultiem happinez-moment. Aristoteles zou trots op mij geweest zou zijn. ‘Verwondering is het begin van wijsheid’, in optima forma. Al weken moest en zou ik die ene mooie klaproos langs de kant van weg fotograferen. Steeds baalde ik weer als ik voorbij sjeesde en geen tijd nam voor de verwondering. Op een dag besloot ik dat wel te doen. Het gevolg laat zich raden: ik genoot intens van die mooie klaproos langs de IJssel tussen wilde gele bloemen. Een voorbijvarende boot zorgde voor perfecte plaatje. Ik ging helemaal los met foto’s maken. Belangrijk detail: de bloemen in kwestie bloeiden aan de drukste straat in de wijk. Zo had ik bijna een frontale botsing te pakken. Een reeks flinke scheldwoorden haalden me abrupt uit mijn verwondering. Daar stond ik weer. In de haastige wereld. Klaprozen zien en er de tijd voor te nemen betekent ook dealen met anderen die opgefokt ergens heen moeten. Juist die mensen gun ik rust en verwondering. Vriendelijk zijn is geen eigenschap, het is een gewoonte. Die is soms wat ver te zoeken. Alles voor de voorpret. Al weken hou ik het weer in de gaten. Ook al is dat in Nederland niet te voorspellen. Het zag er slecht uit, dus ik heb mij verdiept in nieuwe bak- en kookrecepten. Je moet wat in 14 graden en regen.
Zoals dat alleen hier kan, worden de voorspellingen plots beter. Dat zet door. Volgens een van de weerapps krijg het weer zelfs een 9. Wat een geluk! Daarom stel ik mij romantisch voor dat we lekker kunnen uitslapen en luieren op het strand terwijl Thijmen lekker rondkruipt, afgewisseld met lange wandelingen aan zee. De eerste realiteit dient zich aan als onze lieve peuter zich gewoon om half 6 meldt. Dat terwijl we hem bewust laat op bed hadden gelegd. Half 6 is behoorlijk ellendig, zeker in de vakantie. Gelukkig gaan we die dag wel naar zee. Daar dient de tweede realiteit zich aan. Want blijkbaar hebben meer mensen dit idee. Massa’s mensen (vooral Duitsers) hebben zich verzameld om de Zeeuwse kust over te nemen. Vind dan maar eens een parkeerplek. Als dat wonderwel is gelukt, is mijn ideaal bereikt, want ik ga naar zee. Peuter in de rugzak en wandelen. Daar druipt ook het laatste restje romantisch beeld uit mijn gedachten. Zo’n immense Noordzee is voor zo’n kleine peuter te imponerend. Hij zet het dan ook op een gillen. Gelukkig kan hij een sessie in kinderstoel op een terras wel aan. Wat was ik blij met rozijntjes! Maar toch, we zijn wel op vakantie. Ik denk dat ik nog wat kan leren om op vakantie te gaan met kinderen. Maar sjonge, we kunnen weer op vakantie! Wat een geluk, dwars door alle herinneringen heen hebben we het maar mooi gedaan en het was nog fantastisch ook. De afgelopen week had ik het voorrecht om een paar dagen de Spaanse lucht op te snuiven. Heerlijk om mij weer door de mediterraanse zon te laten verbranden. Altijd hetzelfde liedje, vuurrood op de achterkant van mijn benen. Toch was dit keer anders, zonder zoonlief.
Voor het eerst zou ik hem drie hele dagen niet zien. Dat bleek niet het enige nieuwe. Nu ik moeder ben, bekijk ik de stad vanuit een ander perspectief. Ik inventariseer in restaurants de kinderstoelen en de mogelijkheid om er fatsoenlijk je kroost te verschonen. Dan valt ook op dat ze in Valencia nog steeds speeltoestellen kennen waar ik vroeger zelf in speelde, maar die in Nederland inmiddels onveilig zijn verklaard. Zo’n net dat veel weg heeft van een spinnenweb, ik kon er oneindig in klimmen. Wie heeft die afgekeurd? En waarom? Maar goed, na enige inspectie concludeer ik dat Valencia voor stedelijke normen kinderproof is, mits je kleine kan lopen en je twee vlieguren ziet zitten. Dat laatste gaat met onze beweeglijke jongen waarschijnlijk een minuut goed. Uiteraard heb ik samen met manlief intens genoten van uitslapen, welteverstaan tot half 8, en extra laat op bed kunnen gaan, welteverstaan half 11. Tja, hoe ik het ook wend of keer, ik ben een onwijs ochtendmens geworden. Ondanks de vlagen van heimwee naar zoonlief, zou ik een volgende mogelijkheid weer aangrijpen. Elke minuut zelf bepalen wat je doet. Heerlijk om dat te kunnen in een stad met heerlijk eten. Jammer dat tijdens zo’n buitenlandse trip mijn quilty pleasure er niet inzit. Ongegeneerd ergens naar binnenkijken en staren naar inrichting is er niet bij. Kamerplanten hebben ze in Spanje trouwens niet. Zouden meteen bezwijken onder de hitte. Hoe is het om jaarlijks 300 dagen mooi weer te hebben? Ik kan me geen voorstelling ervan maken. Dat gaat bij ons nooit komen, maar hier is het dan weer veel groener. Hier kan ik gelukkig aan fluitenkruid ruiken, vallen de blaadjes van de bomen en hebben we veel betere kaas. En vergeet de mooie huiselijke inrichtingen niet, waar ik mij aan kan vergapen. Ik ben een kaaskop die blij is dat ik hier mijn zoonlief kan laten opgroeien. Ook al kan hij later niet klimmen in een spinnenwebspeeltuin. Met een slakkengang kabbelde het internet. De melkboer bestond nog. Twintig jaar geleden was het leven anders, overzichtelijker. De melkboer is ingeruild voor de pakketbezorger. Van die laatste herken ik inmiddels de motor van het bestelbusje. Dat zal vroeger het geval zijn geweest bij de melkboer.
De hoeveelheid informatie die we nu binnenkrijgen is niet te vergelijken met toen. Mijn uitdaging is om daarbij niet overspoeld te raken. Ik kan wel eens terugverlangen naar die kabbelende tijd. Neem alleen al het feit dat als ik online een pakketje bestel, ik ongeveer zes mailtjes krijg ik over het afhandelen, klaarzetten, onderweg zijn en het naderen van mijn brievenbus. Of het nu gaat om een groot pakket of een ieniemienie versie. Een of twee mailtjes was ook prima geweest. En als ik niet thuis ben, dan niet. Morgen weer een dag. In haar boek vertelt Michelle Obama daar een mooi verhaal over. Een inspirerende en confronterende biografie trouwens. Zij is ontevreden over haar baan, want het is niet leuk genoeg. Ze besluit dit te delen met haar vader, die uit een generatie komt die niet kon kiezen welk werk ze wilden doen. Hij werkte in een fabriek omdat zijn vader en opa dat ook deden. Toen ze vertelde dat ze er over nadacht een andere baan te zoeken, zei haar vader: “Eerst het geld en geluk komt later”. Deze zin raakte me. Het deed me verlangen naar een tijd dat je geen keuzestress had en het leven wellicht overzichtelijk was. Gewoon naar je werk gaan, omdat het nu eenmaal bij het leven hoort en niet bezig zijn met of je wel genoeg verdient, voldoende wordt uitgedaagd, of het leuk genoeg is. Ik ken een man op leeftijd die vroeger melkboer was. Aan hem heb ik wel eens gevraagd wat hij zou willen worden als hij nu zou mogen kiezen. Nog nooit over nagedacht, was het antwoord. Ik vond mijn werk prima. Hij lachte er een beetje bij. Ik was onder de indruk. Toen melkboer nog een beroep was, waren de eisen minder hoog. Je kreeg geen zes mails, had zelfs nog nooit van een mail gehoord. Ook kregen mensen geen burn-out. De term bestond niet. Soms wil ik terug naar de tijd waarin we vooral informatie verstrekten via de post en met een gewone telefoon. Dat ik dolblij was als ik een sms kreeg. Een welkome onderbreking van het spelen van Snake. Verandering is mooi en zou altijd blijven, maar of het altijd beter is? Dat vraag ik mij wel eens af. Het lijkt allemaal zo mooi. Een huis, een baby en een e-bike. Maar de werkelijkheid is soms om te zuchten, en klooi ik maar wat aan.
Nu ga ik hier niet klagen. Toch vind ik het lastig te verkroppen dat de oneerlijkheid van het leven op onvoorspelbare momenten opduikt. Want het leven is echt onvoorspelbaar. Zo had ik vandaag een huilbui, omdat Thijmen verrassend hard groeit. Hij zegt sinds kort ‘papa’ en ‘mama’, brabbelt erop los, kan al behoorlijk lang staan en heeft een obsessie voor karton en plastic. Hij ontdekt de wereld als een malle en wordt waarschijnlijk later karton-plastic-kunstenaar. Thijmen is geen baby meer, maar een dreumes. Hoewel ik dreumes een afschuwelijk woord vind, snap ik nu pas echt wat Ali B. bedoelt met het sentimentele liedje ‘Terwijl jullie nog bij mij zijn’. Om nog meer te verdwijnen in de emotie heb ik dat liedje extra vaak afgespeeld. Wellicht ook omdat ik deze week weer werd geconfronteerd met verlies. Dan heb ik de neiging om meer controle te willen hebben en, best gek, dan vind ik ook opeens dingen leuk die ik anders vreselijk vind. Zo heb ik mijn huis als een malle schoongemaakt, zodat zoonlief gerust de vloer kan likken. Ook poetste ik zijn speelgoed een voor een schoon en bakte ik een appeltaart terwijl dat recept niet in mijn persoonlijke taarten top drie voorkomt. Nu weer back in reality. De neiging om controle te hebben is nog hetzelfde, maar ik weet dat zoiets niet mogelijk is. Of, zoals Daniel Lohues zo mooi zingt: ’t Blef knooin ’t Blef knooin ‘Niets is ons te dol ‘ En we haolden vol Mar het blef knooin De laatste tijd verlang ik regelmatig terug naar mijn kindertijd. Daarin kon ik mij stierlijk vervelen en verdwalen in mijn fantasiewereld. Zo had ik een schommel met uitzicht op een betoverend bos waarin ik vaak door de bomen zweefde, net als Pocahontas. Als ik in de zee zwom was ik net zo stoer als Ariel en ging ik graag op zoek naar Sebastiaan-krabbetjes.
Mijn favoriete Disneyfilms hebben wellicht invloed hebben gehad op hoe ik ‘onthaast’. Ik ben dol op de zee en water, en wandel graag over de uitgestrekte Veluwe. Als kind heb je geen haast en hoef je niks. Er wordt voor je gekookt, je wordt wakker gemaakt mag eindeloos ravotten in het bos. Overzichtelijk en fijn. Nu ik zelf moeder ben, gun ik mijn zoon ook zo’n kindertijd waarin alle ruimte is om zich te vervelen en te verdwalen in zijn eigen fantasiewereld. Nu denk ik niet dat hij Pocahontas en Ariel als identificatiefiguren gaat hebben, maar het principe is hetzelfde. Ik hoop dat hij lekker gaat lanterfanten en zich soms eens lekker kan vervelen. Tegenwoordig hebben we zoveel haast en moeten we zoveel. Zo had ik laatst een heel karretje vol boodschappen. Achter mij zuchtte en kreunde een norse man met maar twee boodschappen. Meestal ben ik zo attent om te zeggen ga maar voor, maar deze man zuchtte gewoon te hard en er was geen oogcontact mee te krijgen. Ik kon het niet laten om ‘expres’ een gesprekje aan te knopen met de kassière en iets langzamer mijn boodschappen in te pakken. Puur om tegen beter weten in, de man een spiegel voor te houden. Soms kan ik dat gehaaste gedrag, waar ik zelf op zijn tijd weleens aan mee, mij aanvliegen. Want waar moeten we tegenwoordig zo nodig heen met z’n allen? Ik ga dit weekend mij stierlijk vervelen en ik heb er nu al zin in. Stierlijk vervelen met een baby is best lastig, maar in mijn vrije uurtje ga ik lekker niks nuttig doen. Naar het bos misschien? Fietsen is voor mij het nieuwe wandelen. Zelfs op een bewolkte dag vind ik het fijn. Het allergrootste voordeel is dat er geen vieze honden op je springen en ik dus de bijbehorende ongemakkelijke conversaties uit de weg ga. Fietsen is mijn nieuwe sportieve aangelegenheid. Het is vooral erg leuk als je het niet als vervoersmiddel ziet, maar puur voor een gezonde levensstijl.
Ook al word ik tig keer ingehaald door racefietsers, onderweg voel mij zowaar een van hen. Dat ik honderd keer langzamer ga, accepteer ik van harte. Ook ik maak endorfine aan, en dat werkt als een tierelier. Toch naar buiten gaan in deze donkere tijden, daarvoor moet het uitzicht wijds en groen zijn, inclusief de aanwezigheid van water. Sinds ik in Stadshagen woon, ben ik binnen tien minuten bij mijn lievelingsnatuurgebied. De ruimte ervaren en kijken naar de horizon, dat geeft mij een intens gevoel van vrijheid. Vooral in de winter geven die plekken het gevoel even de wereld voor mijzelf te hebben. Heerlijk, gewoon in mijn achtertuin. Nu heb ik het mijzelf moeilijk gemaakt. Ik heb mijn principes opzijgezet. Want door een mooie aanbieding en wat verjaardagsgeld ben ik overstag gegaan voor een enige echte mama e-bike. Nu waren zelfs financiën geen excuus meer. Wellicht had ik nog nee gezegd als de beste verkoper niet zo’n knap puppyhoofd had. Hij wist het te presteren mij ook een verzekering aan te smeren. Of lag dat aan het gratis slot dat ik daarbij kreeg? Want zelfs in een nette woonwijk zonder rochelende alcoholisten kan ik mijn sleuteltje niet erin laten zitten. Die tijden zijn echt geweest. Tegelijk krap ik mijzelf achter mijn oor hoeveel er kan veranderen in relatief korte tijd.Van de drukste straat van Zwolle naar de meest rustige, waardoor ik regelmatig het gevoel heb ik dat ik vrijstaand woon. Van een Fiat 500 naar een Volkswagen Golf station. En van een afgetrapte studentenfiets naar een mama e-bike. Man o man, nu nog de labrador. Maar dat gaat nooit gebeuren vrees ik. Of ik moet spontaan een scheiding aanvragen. Deze dagen ontkom ik niet aan bezinning op het voorbije jaar. De afgelopen tijd beleefde ik al veel van zulke momenten. Toch is in december alles op de een of andere manier intenser, heftiger, mooier maar ook pijnlijker.
Mijn Top 2000-stemlijst was nog nooit zo emotioneel. Tranen met tuiten heb ik gejankt toen ik die opstelde. Wat is muziek toch heerlijk. Een bewogen jaar was het. Met nog veel onzekerheid over onze zoon. Er zijn wonderen gebeurd, hele grote. De tranen zijn nog niet op en zullen blijven komen. Dat is moeilijk uit te leggen. Inmiddels ben ik ook dankbaar, bijvoorbeeld dat ik geloof dat Thijmen mag gaan lopen. Tegelijk merk ik dat ik ongelooflijk verbaasd hoe het leven verloopt. Ik ben niet meer dezelfde. Thijmen laat mij elke dag anders naar het leven kijken. Ook al zou ik met Thijmen en manlief nog naar verre oorden kunnen, dat hoef ik niet eens per se meer. Die onrust is weg. Het gevoel om iets te missen, dat je maar een keer leeft en dat je alles uit het leven moet halen. Dat geeft rust. Het leven gaat anders dan je wil, ook al lijkt het misschien niet zo. Confronterend dat ik deze levenslessen nu al moest leren. Dat had ik graag nog een aantal jaren uitgesteld. Het leven is niet maakbaar en is best vaak moeilijk, ook al willen we dat liever ontkennen. Het allerfijnste woord van 2018 voor mij is dan ook veruit verkneukelen. Helemaal in deze donkere tijden. Het enige wat ik wil is elke dag als gezin ons verkneukelen op de dag die komt. Dat we samen zijn, leuke dingen kunnen doen, een leuke baan hebben, lekker kunnen eten in een fijn huis. Dag 2018. Je was het moeilijkste jaar ooit, maar ook de mooiste! 2019, here I come. |
Archieven
Juli 2021
|